‘Everybody is a genius. But if you judge a fish by its ability to climb a tree, it will live its whole life believing that it is stupid’

– Albert Einstein-

Deze quote van Albert Einstein treft zoveel waarheid en diepgang dat ik hem van onschatbare waarde vind voor leraren in het basisonderwijs in Nederland.

Na weer een gesprek met leraren van mijn hoogsensitieve kind in groep drie, blijkt eens maar weer dat de kennis omtrent hoogsensitiviteit bij kinderen zeer gering is. Het begrip voor de vele eigenschappen van dit karakter en de kenmerken daarvan is vaak ver te zoeken.

Dit komt niet door onwelwillendheid.
Het komt door onwetendheid.
Iets waar ik met de bovenstaande quote van Albert Einstein graag wat aan wil doen.

In het begin van het nieuwe schooljaar worden er vaak oudervertelgesprekken ingepland. Met de informatie die ouders geven, hopen de leraren een goed beeld te krijgen van het kind, zodat deze adequate zorg krijgt in het basisonderwijs. Het is ons als ouders van een hoogsensitief kind echter opgevallen dat zodra er aangegeven wordt dat het hoogsensitieve kind net even iets anders nodig heeft dan de rest van de klas, dit niet mogelijk is. Van adequate zorg in het onderwijs voor het hoogsensitieve kind is dan ook nauwelijks of zelfs geen sprake. Dat dit niet alleen een persoonlijk, maar een nationaal probleem in het onderwijs is, blijkt uit de vele duizenden reacties van ouders op online communities over hoogsensitiviteit.

Ik maak het wat persoonlijker om beter inzicht te kunnen verschaffen waar het mis gaat. Onze zoon is onder andere auditief sensitief. Harde geluiden, veel geluiden door elkaar of scherpe geluiden heeft onze zoon last van. Dit komt veel harder binnen, waardoor hij snel en vaak zijn oren afdekt met zijn handen als er bijvoorbeeld in de klas hard gezongen wordt. Of hij heeft moeite met zich te concentreren in de klas als het rumoerig is. Toen wij vorig jaar van de juf te horen kregen dat onze zoon niet actief meedeed met de zangactiviteiten in de klas en zich afsloot door zijn handen op zijn oren te leggen, waren wij ook niet verbaasd. We legden uit aan de betreffende juf dat onze zoon gevoelig is voor geluid en vroegen of het mogelijk was of we hem een koptelefoon konden meegeven die hij dan zelf kon opzetten indien dat nodig was. Dan was voor hem het harde, scherpe geluid eraf. Dit was volgens de juf zeker niet wenselijk. Ze kon hem niet anders behandelen dan andere kinderen. Ze zou voortaan met hem wel afstemmen of het geluid iets zachter kon. Ondanks dat haar bedoelingen goed waren, konden wij bij thuiskomst na school aan onze zoon merken als hij de betreffende dag toch geconfronteerd was met voor hem harde geluiden in de klas. Vermoeidheid, woedeaanvallen en niet lekker in zijn vel zitten waren de gevolgen die thuis tot uiting kwamen.

Wat is hoogsensitiviteit eigenlijk precies?
Hoogsensitiviteit is een karaktereigenschap die bij 20% van de bevolking voorkomt. Zowel evenveel mannen als vrouwen zijn hoogsensitief en dus ook in een gemiddelde schoolklas is 20% van de kinderen hoogsensitief.

Hoogsensitiviteit is de gevoeligheid voor prikkels en de intense verwerking daarvan. Deze karaktereigenschap bestaat dus uit twee onderdelen.
1. De gevoeligheid voor prikkels
2. De intense verwerking van prikkels in het brein

Ieder hoogsensitief persoon is op een eigen manier gevoelig voor bepaalde prikkels. Het is dus niet per definitie zo dat ieder hoogsensitief persoon voor alle soorten prikkels gevoelig is. Sociaalwetenschappelijk onderzoeker Esther Bergsma heeft de soorten prikkels onderverdeeld in vier verschillende categorieën. Volgens haar kunnen prikkels via de zintuigen binnenkomen (fysieke prikkels), of komen uit emotionele afstemming, uit sociale situaties of uit de omgeving.

Ondanks dat er in de media, maar ook diverse boeken over hoogsensitiviteit, veel aandacht is voor de prikkelgevoeligheid is de kern van hoogsensitiviteit eigenlijk de intense verwerking van de prikkels.
Hoogsensitieve mensen verwerken de prikkels die zij waarnemen anders dan niet-hoogsensitieve mensen. Uit onderzoek blijkt dat alle hoogsensitieve mensen subtiele prikkels sterker signaleren en deze intens verwerken, maar de exacte vorm van gevoeligheid verschilt van persoon tot persoon. De mate van extraversie-introversie speelt hierbij namelijk ook een rol in de reactie van hoogsensitieve personen op bepaalde situaties.

In eerste instantie missen hoogsensitieve mensen/kinderen een filter in het ontvangen van prikkels. Waar niet-sensitieve mensen een soort filter hebben in het brein en het brein daardoor minder prikkels ontvangt, hebben sensitieve kinderen deze filter niet. Hierdoor krijgen zij dus letterlijk meer prikkels te verwerken in het brein dan niet hoogsensitieve kinderen. Om de vergelijking nog meer te versimpelen: niet-sensitieve kinderen hebben op een zonnige dag altijd een zonnebril op, maar bij sensitieve kinderen ontbreekt die zonnebril altijd.
Helaas is in dit voorbeeld een zonnebril makkelijk op te zetten, maar voor het filteren van prikkels in het brein bestaat geen zonnebril. Het is dan ook niet mogelijk om het hoogsensitieve brein de gevoeligheid voor prikkels af te leren. Je kunt er ook niet aan wennen. En juist daar ontstaat onbegrip. Dat wat voor niet-hoogsensitieve mensen goed te behappen is qua geluid , is voor auditief sensitieve mensen NIET te behappen.

Vaak wordt er gezegd dat hoogsensitieve kinderen maar moeten wennen aan de geluiden in de klas. Maar als een kind auditief gevoelig is, KAN het NIET wennen aan geluiden. Het kind heeft hier geen controle over. Het ligt namelijk vastgelegd in het zenuwstelsel (en dus het brein).

Daarnaast is de kern van hoogsensitiviteit de intense verwerking van de prikkels in het brein. Het verwerkingsproces van prikkels in het brein is veel uitgebreider bij hoogsensitieve kinderen dan bij niet-hoogsensitieve kinderen. Meer hersengebieden worden vaker actief in het hoogsensitieve brein. Dit houdt onder andere in dat hoogsensitieve kinderen anders denken, dieper nadenken en dus ook veel meer energie verbruiken bij het verwerken van alle prikkels op school.

Ik sta graag even stil bij het belangrijkste gevolg van hoogsensitiviteit. Deze karaktereigenschap brengt namelijk een heleboel talenten met zich mee. Denk aan het subtiel waarnemen, weloverwogen beslissingen nemen en zo kan ik nog wel even doorgaan. Alleen de talenten van hoogsensitiviteit kunnen pas tot uiting komen als je de kenmerken van deze karaktereigenschap (h)erkent.

‘Everybody is a genius. But if you judge a fish by its ability to climb a tree, it will live its whole life believing that it is stupid’

Zodra mijn hoogsensitieve kind gevraagd wordt om maar te wennen aan het geluid of de drukte in de klas, vraag je feitelijk aan een vis om in een boom te klimmen.

Je vraagt een hoogsensitief kind zijn grens te negeren.
Je vraagt hem iets te doen wat niet in zijn aard ligt.
Je vraagt iets te kunnen wat niet in zijn bereik ligt.
Je vraagt iets wat zijn zelfvertrouwen ondermijnt.
Iets wat op latere leeftijd zal leiden tot overspanningsverschijnselen en zelfs een burn-out.

Door de quote van Albert Einstein hoop ik dat er snel meer kennis en begrip komt voor hoogsensitiviteit bij leraren in het basisonderwijs. Ik heb slechts 1 voorbeeld gepakt waar wij tegenaanlopen, maar er zijn veel meer voorbeelden. Daarom sta ik altijd open voor een gratis informatief gesprek met leraren over hoogsensitiviteit zodat zij snel inzicht en dus begrip krijgen in deze bijzonder mooie karaktereigenschap.

Maaike Delemarre, moeder van hoogsensitieve M. (6 jaar)

(Dank aan Esther Bergsma die deze quote ook gebruikt om aan te tonen dat hoogsensitiviteit niet aanpasbaar is)